- Nieuws
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Magazine
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Kiosk
- Columns
- Bedrijveninfo
- Adverteren
Selecteer Pagina
Een column kan moeilijk niet over de Russische inval in Oekraïne gaan, maar het is erg moeilijk om de gevolgen van de oorlog te duiden. Mathias Cormann, hoofd van de OECD, stelde medio maart dat de OECD niet in de positie was om haar jaarlijkse global economic outlook te presenteren wegens te grote onzekerheid.
Tekst: Bart Kuipers
Het dramatische conflict kan zich inderdaad in veel verschillende richtingen ontwikkelen, met mogelijk ongekende gevolgen. Denk aan hongersnoden in delen van Afrika en het Midden-Oosten door gebrek aan graan, leidend tot opstanden en burgeroorlogen. Denk ook aan de mogelijke impact op de ‘as’ Rusland-China. Ach, u leest dit allemaal zelf in de krant en tussen het moment van het schrijven van deze column en het moment dat u dit leest is er ongetwijfeld weer veel gebeurd.
Wat zijn de langetermijngevolgen van de oorlog voor de Rotterdamse haven? Die kunnen groot zijn. In een andere column schreef ik over de blokkade van Wit-Rusland en haalde daar een eerder conflict tussen Oekraïne en Rusland aan. Rusland draaide in 2006 de gaskraan dicht naar Oekraïne, en daarmee ook naar Europa. Toen werd gesteld dat het stopzetten van de Russische gasleveranties aan Oekraïne een wraakactie was voor de politieke koers die het land voerde, waarbij het zich uit de invloedssfeer van Rusland werkte – zie de lezenswaardige Wikipedia-pagina over het ‘Russisch-Oekraïens gasconflict 2006’. Een gevolg van het dichtdraaien van de gaskraan was dat de leveringszekerheid van energie in Nederland een politiek issue werd en één van de redenen was voor de aanleg van de twee kolencentrales op de Maasvlakte. De bouw van deze centrales was goed voor het grootste deel van de 4,6 miljard euro dat in 2015 door het industriële bedrijfsleven in de Rotterdamse haven (Rijn- en Maasmond) werd geïnvesteerd (Havenmonitor 2017). Gemiddeld investeerde de industrie jaarlijks een bedrag tussen de één en twee miljard euro in de periode 2000-2019, waarbij in 2019 eveneens sprake was van een piek aan private industriële investeringen met 3,6 miljard euro. De gasproblematiek uit 2006 resulteerde echter in de grootste investeringspiek in de industriële infrastructuur in de Rotterdamse haven van de afgelopen twee decennia.
De huidige oorlog zal in de komende decennia bijdragen aan een veel grotere investeringspiek. Naast de grote bedragen die nu al in de energietransitie worden gestoken zal het argument ‘leveringszekerheid’ deze investeringen verder opjagen. Ook hier is het nog niet geheel zeker hoe dit pakket eruit gaat zien en is veel mogelijk, zoals kernenergie, extra gasterminals, waterstof, veel meer windmolens, biomassa of extra graanopslag. Dat de investeringen van het bedrijfsleven, en ook van publieke partijen, in de komende jaren zullen gaan pieken staat voor mij vast. Uit het bovengenoemde conflict uit 2006 valt te leren dat het mogelijk tien jaar duurt voor dergelijke investeringen zijn gerealiseerd. Nadenken over de aard van deze investeringen is ook een leermoment, want de bouw van twee kolencentrales willen we niet herhalen. Echter, voordat deze pieken plaatsvinden is het goed mogelijk dat de haven door een diep dal zal gaan wegens een recessie. We hopen dat de OECD het snel weet…