‘Liever een lasser leren klimmen dan een klimmer leren lassen’

Bij het uitvoeren van werk op moeilijk bereikbare locaties is Sky-Access een specialist, vaak met behulp van industriële touwtechniek. We spreken met Marin van Oorschot, een van de mede-eigenaars van Sky Access, over het vinden van personeel en het meedenken met de klant.

Tekst: Mels Dees

Bij de naam Sky-Access denk je automatisch aan werken op hoogte. Maar jullie doen ook werkzaamheden in besloten ruimtes.

“Ja, denk daarbij aan bijvoorbeeld installaties in de petrochemische industrie of opslagtanks. Maar ook werken we in bijvoorbeeld funderingsputten van historische bruggen, zoals we recent deden in Antwerpen. Vaak combineren we die werkzaamheden met het gebruik van touwtechniek om toegang te krijgen tot deze moeilijk bereikbare plekken.”

Jullie creëren met touwen toegang tot de werkplek op hoogte en/of in besloten ruimtes én voeren de werkzaamheden uit. 

“Precies. We voeren de technische werkzaamheden zelf uit, op hoogte en in besloten ruimtes, door middel van industriële touwtechniek, of ‘rope access’. We hebben veel technische kennis en ervaring in huis en de touwtechniek is daarbij onze zeer efficiënte manier om de locatie te bereiken. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit van het werk dat we leveren met behulp van die rope access.”

Dat betekent dat jullie een ploeg mensen hebben met uiteenlopende ervaring en kennis.

“Ja, absoluut. Onze mensen zijn in de eerste plaats technisch onderlegd. Ze weten heel goed wat ze moeten doen en gebruiken touwen alleen om bij hun werkplek te komen. Het is een combinatie van technische kennis en fysieke vaardigheden.”

Hoe vind je dat soort mensen in de huidige arbeidsmarkt?

“Een gevederde uitspraak van mijn compagnon is: ‘Je kunt beter een lasser leren klimmen dan een klimmer leren lassen.’ En dat is nog steeds ons uitgangspunt. We zoeken vooral mensen die technisch sterk zijn. Het klimmen is eenvoudiger te leren. Dus wanneer we nieuw personeel aannemen, focussen we ons op vakmensen met twee rechterhanden, die kunnen lassen, sleutelen of conserveren, en dan leren we hun de touwtechniek.”

Wat trekt mensen aan in dit vak?

“Het is, merken we, vooral de diversiteit. De ene week ben je bezig met het ontroesten en conserveren van staal, de volgende week installeer je onderdelen op een offshore platform, en de week daarna werk je bijvoorbeeld op een universiteit in Amsterdam. De techniek die we toepassen is heel gevarieerd, en de werklocaties zijn dat ook. Van offshore platforms tot stedelijke bouwprojecten, geen dag is hetzelfde. Ook varieert de omvang van projecten enorm, van dagklussen tot langdurige en grootschalige inzet tijdens bijvoorbeeld turnarounds.

Het werken is elke keer in zekere zin een nieuwe uitdaging. Bovendien werken we met veel verschillende technieken en materialen, dus het blijft boeiend. Onze mensen vinden het mooi dat we telkens de beste oplossingen mogen bedenken voor de uitdagingen die ze op de specifieke locatie tegenkomen.”

Dat betekent waarschijnlijk ook dat je de medewerkers voortdurend moet bijscholen?

“We sturen mensen regelmatig naar bijvoorbeeld lascursussen of trainingen in flenstechniek. Maar we leren ook steeds veel van elkaar binnen het team. We werken vaak met multiskilled teams, waarin specialisten van verschillende disciplines samenwerken. Dit hebben we voor het eerst ingevoerd bij offshore projecten. We stelden teams samen met een lasser, een coatingspecialist, een plaatwerker, enzovoort. Dit team kon elke discipline op locatie zelf uitvoeren zonder de noodzaak om steeds nieuwe mensen in te vliegen.”

Wat het voor de klant en voor jullie uiteindelijk efficiënter en voordeliger maakt.

“Het voorkomt inderdaad veel logistieke uitdagingen. In plaats van dat er telkens nieuwe ploegen komen voor specifieke taken, kunnen wij alles in één keer doen. Dat bespaart tijd, geld en verkleint de kans op fouten. Dit systeem bleek een groot succes in de offshore, en we passen het nu ook toe op het vasteland en in de petrochemie.”

Dat betekent, dat je voor je een team op pad stuurt ook strategisch moet inschatten wat er tijdens het project nodig is.

“We denken in dat opzicht echt mee met de klant. We zijn meer dan een uitvoerder; we helpen hen om technische uitdagingen op te lossen en processen te verbeteren. Onze mensen hebben zoveel kennis dat ze vaak de klant ondersteunen bij het vinden van de beste oplossing.”

Hebben klanten die kennis zelf nog voldoende in huis?

“Lang niet altijd. Er is een tekort aan technische kennis bij veel bedrijven. Het is daarom van groot belang dat wij die kennis in huis hebben en kunnen delen. Voor de klanten betekent dit dat ze niet alleen profiteren van onze diensten, maar ook van onze ervaring en inzichten, waardoor projecten efficiënter en sneller verlopen.

We willen op die manier meer zijn dan alleen een paar extra handen. We denken mee vanaf het begin en helpen de klant om het werk zo veilig, efficiënt en kosteneffectief mogelijk uit te voeren.”