- Nieuws
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Magazine
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Kiosk
- Columns
- Bedrijveninfo
- Adverteren
Selecteer Pagina
De trainingen op het gebied van ATEX die Kiwa aanbiedt, zijn stevig ingebed in de dagelijkse praktijk. Dit stellen zowel Jeroen den Otter van Kiwa Training & Development als Rolf van Dijk van U&D Industrial Safety. “Wij bieden bedrijven precies wat ze nodig hebben.”
Kiwa, in 1948 opgericht als ‘Keurings Instituut voor Waterleiding Artikelen’, houdt zich tegenwoordig al lang niet meer bezig met water alleen. Het bedrijf richt zich zowel op testen, inspectie als certificeringen, is in meer dan veertig landen actief en heeft ruim tienduizend mensen in dienst. Jeroen den Otter leidt de divisie Training & Development. “Deze bestaat uit twee business units: VCANederland en Kiwa Training. In totaal bieden wij circa honderdtwintig trainingen, verdeeld over zes specialisatiegebieden. Training vormt een relatief klein, maar wel belangrijk onderdeel binnen Kiwa. Het gaat daarbij immers om het overbrengen van kennis. Niet alleen de collega’s van Kiwa geven trainingen, maar we werken ook samen met externe experts. We bieden veel gasgerelateerde trainingen. De energietransitie, waterstof, LNG en CNG zijn hot items. Zo leiden we al jaren medewerkers van energienetbeheerders op.”
Vanuit de unit VCANederland worden op meer dan dertig locaties VCA-trainingen gegeven. Een kleine tien jaar geleden zijn hieraan ATEX-trainingen toegevoegd. “Bestaande klanten benaderden ons met ATEX-vraagstukken, waarna wij dit onderwerp aan ons portfolio hebben toegevoegd. Als klanten precies weten wat ze willen, spelen wij daar met een gerichte training op in. Maar als bedrijven zeggen ‘iets’ met ATEX te moeten, bieden wij het liefst een training aan waarin wordt ingegaan op de wet- en regelgeving rond ATEX. Dit biedt bedrijven inzicht in wat zij precies nodig hebben.” De trainingsdivisie van Kiwa is gehuisvest in Apeldoorn en telt ongeveer dertig medewerkers. “Wij willen onze klanten zoveel mogelijk ontzorgen met trainingen van hoge kwaliteit. We hebben een eigen visie op leren ontwikkeld. Elke training wordt afgestemd op een specifieke doelgroep.” Dat het trainingsaanbod allerminst statisch is, bewijst een recente pilot met praktijkoefeningen in virtual reality (VR).
Het sterke punt van de trainingen die Kiwa aanbiedt, is volgens Den Otter dat de docenten ‘met de voeten in de klei staan’. “Wij informeren de klant zo open en eerlijk mogelijk over waar hij naar ons idee behoefte aan heeft. Wij verkopen geen gebakken lucht, maar helpen klanten met trainingen en opleidingen op maat. Zo zijn wij een aantal jaar geleden met een ATEX awareness e-learning gestart. Dit is een pragmatische training op het gebied van ATEX, die cursisten leert wat dit in de basis inhoudt. Zo kunnen wij klanten meenemen in wat ze écht nodig hebben. Meestal bevat een training ook een examenonderdeel. Dit biedt cursisten een bepaalde kwalificatie voor hun werkzaamheden. Onze trainingen zijn praktisch en dichtbij de werkvloer.”
Op het gebied van ATEX werkt Kiwa voor zijn trainingen samen met het consultancybedrijf U&D Industrial Safety. “Er zijn niet zoveel mensen in Nederland die écht weten wat ATEX behelst. Hierdoor is een prettige samenwerking ontstaan met U&D”, aldus Den Otter. “Het is leuk om voor de klas te staan”, beaamt Rolf van Dijk, een van de twee eigenaren van U&D. “Ons bedrijf is niet groot en alles wat bij de organisatie en verkoop van trainingen komt kijken, wordt perfect door Kiwa geregeld. Hierdoor hoeven wij alleen te doen wat wij goed kunnen.” Van Dijk en zijn compagnon René Ubbink zijn beiden al bijna vijfentwintig jaar hoger veiligheidskundige en lid van de ATEX-normcommissie Nederland. “Wij zijn onder meer betrokken bij het opstellen van de Nederlandse Praktijkrichtlijn (NPR). Onze missie is dit onderwerp op een begrijpelijke manier voor het voetlicht te brengen. Onze drie activiteiten versterken elkaar: het geven van trainingen, onze deelname aan de normcommissie en het uitvoeren van risicoanalyses op het gebied van procesveiligheid en ATEX. Hierdoor kunnen wij onze ervaringen naar trainingen vertalen en andersom onze bevindingen vanuit trainingen in ons dagelijks werk meenemen.”
Op de vraag aan welke soort informatie bedrijven behoefte hebben, geeft Van Dijk een tweeledig antwoord. “Het begint met het classificeren van ATEX-zones, wat een vak op zich is. Met de NPR kun je een eind komen, maar als je hier in een spagaat terechtkomt, kan het lastig zijn. Bedrijven willen weten hoe ze veilig kunnen werken, wat er in de wet staat, wat ze ermee moeten en waarom dit zo is. Als je dit goed uitlegt, kunnen bedrijven zelf hun keuzes maken zonder daarvoor een onafhankelijk adviseur in te schakelen. Zo zou het ook moeten zijn. Een ander punt is dat de Arbeidsinspectie tegenwoordig geen genoegen meer neemt met alleen de aanwezigheid van het wettelijk verplichte explosieveiligheidsdocument (EVD). Ze vragen dóór en willen bijvoorbeeld weten hoe het met de bijbehorende ontstekingsbronnen zit. Daarom bieden wij nu ook steeds meer praktische, hands-on trainingen aan over hoe je apparatuur in ATEX-zones moet keuren en inspecteren. Deze zijn niet gericht op veiligheidskundigen, maar de gebruikers in het veld. Zo wordt de apparatuur in ATEX-zones veilig geïnstalleerd, gebruikt en behouden.”
Via Kiwa staat U&D voornamelijk klanten bij die geen doorsneevragen hebben. ‘De specials’, noemt Van Dijk ze, bedrijven die met een standaardtraining niet zijn geholpen. “Via de NPR kun je ‘quick and dirty’ nagaan wat de risico’s zijn op het gebied van ATEX. Je komt er een heel eind mee. Maar we hebben ook raffinaderijen en bedrijven uit de zware industrie als klant. Wanneer je daarvoor de NPR toepast, kom je tot ATEX-zones die erg groot zijn. Als je daarentegen uitgaat van procesveiligheid breng je in kaart waar de risico’s van een installatie liggen en welke maatregelen je kunt nemen. Vervolgens kun je de juiste ATEX-zones definiëren. De ATEX-zones definiëren tenslotte de maatregelen ter voorkoming van ontstekingsbronnen”. Alle apparaten die in ATEX-zones worden gebruikt, moeten daarvoor geschikt zijn. In het Arbobesluit is drie jaar geleden een belangrijke wijziging doorgevoerd die aangeeft dat alleen bij hoge uitzondering niet-ATEX-apparaten, onder voorwaarden, tijdelijk mogen worden toegepast. Hierop wordt nu strikt toegezien. Van Dijk hierover: “Bedrijven zijn hierdoor met een meer kritische blik naar het classificeren van ATEX-zones gaan kijken. ATEX-apparatuur is immers duur. Bedrijven zetten de middelen liever aan de voorkant in voor een veilige werkomgeving en willen de ATEX-zones zo klein mogelijk houden. Voor dit soort vraagstukken is maatwerk nodig. Zie de NPR als het witbrood dat je in de supermarkt koopt. Als je écht lekker brood wilt hebben, ga je naar de ambachtelijke bakker. ATEX is maatwerk, iedere keer weer.”
“Wanneer wij een training op maat geven, vragen wij van het bedrijf het EVD op”, zegt Rolf van Dijk van U&D Industrial Safety. “Tijdens de les halen wij daar voorbeelden uit die voor de deelnemers vaak herkenbaar zijn. Veelal ontstaat er dan discussie, wat natuurlijk goed is: hoe meer, hoe beter. Ook halen wij voorbeelden aan van de stoffen waarmee een bedrijf werkt.” Jeroen den Otter van Kiwa vult aan: “De kennis die je bij een training op locatie overbrengt, beklijft beter dan wanneer je dit in een leslokaal doet. Het liefst geven wij daarom in-company training. Aan de andere kant werkt het ook goed als je bedrijven bij elkaar brengt. Door de interactie kunnen zij van elkaar leren.”