- Nieuws
-
Featured
-
Featured
- Recent
-
- Magazine
-
Featured
-
Featured
- Recent
-
- Kiosk
- Columns
- Bedrijveninfo
- Adverteren
Select Page
Is het volledig elektrificeren van je machines de enige mogelijkheid tot CO2-reductie? Nee. Volgens de experts van Atlas Copco Rental is er veel meer mogelijk, ook met dieselaangedreven machines.
Tekst: Kim de Booij
Alles elektrificeren is vaak geen optie. Bijvoorbeeld omdat er kritische processen zijn die bij stroomuitval niet meer veilig stilgelegd kunnen worden. Of omdat er onvoldoende stroom voorhanden is. In die gevallen ben je toch afhankelijk van dieselaangedreven machines. “Maar ook daarmee zijn enorme besparingen mogelijk”, zegt Geert Jansens van Atlas Copco Rental.
“De dieselmotor van vroeger is niet meer te vergelijken met huidige generatie dieselmotoren. Bij Atlas Copco Rental werken we met Stage V machines. Die zijn voorzien van een uitlaatsysteem dat de emissie van schadelijke stoffen meer dan halveert. Ik durf wel te zeggen dat de gemiddelde Stage V motor tegenwoordig een uitstoot heeft die schoner is dan de gemiddelde stadsomgeving.”
Zelfs een CO2-reductie ver boven de 50 procent is volgens Jansens mogelijk met dieselmotoren. “Dat komt doordat ook de brandstof zelf doorontwikkeld is. De klassieke diesel wordt ingehaald door schonere alternatieven zoals GTL (Gas To Liquid) en HVO (Hydrotated Vegetable Oil). Als je die brandstoffen combineert met een Stage V motor, zijn er enorme uitstootreducties mogelijk op NOx tot 40 procent, SOx ruim 99 procent en fijnstof tot 34 procent, afhankelijk van belasting en motortype.”
De ‘maar’ in dit verhaal is dat dergelijke brandstoffen nog een stuk duurder zijn dan klassieke diesel. “Niet als je het totaalplaatje bekijkt”, weerlegt Jansens. “In klassieke diesel moet minimaal 7 procent bio-additief verwerkt zitten, zoals frituurolie en plantaardige vetten. Bij koude temperaturen veroorzaken die vaak vlokken en dat leidt tot problemen met je filters, met alle kosten van dien. Met brandstoffen als GTL en HVO heb je dat niet. Die zijn veel schoner en voorkomen dus dergelijke problemen en kosten. Wij gebruiken daarom zelf standaard HVO100 en tanken onze huurmachines voor levering af met GTL.”
Huurklanten opleggen ditzelfde te doen, doet Atlas Copco Rental niet. “Onze klanten zijn vrij om te tanken wat ze willen. We kunnen hen alleen adviseren wat wij het beste vinden. Ik verwacht wel dat er steeds meer interesse voor komt, ook in het kader van scope 1, 2 en 3. Door deze regelgeving moeten bedrijven echt aan de slag met duurzaamheid.”
Wat Jansens betreft, gaat het overigens niet om ‘moeten’. “Ik beschouw verduurzaming als een kans, geen bedreiging. Neem de zware overstromingen vorige eeuw. Door deze bedreiging heeft Nederland zich toegelegd op watermanagement. Als er nu ergens ter wereld iets met water gebeurt, komt men naar Nederland voor kennis en expertise. Zo’n voortrekkersrol kunnen we ook pakken in verduurzaming. Als we nu ervaring opdoen met nieuwe innovaties, kunnen we de opgedane kennis straks inzetten als exportproduct.”
Atlas Copco Rental wil hierin graag een belangrijke rol spelen. “Omdat we wereldwijd acteren en de volledige keten van productie, verkoop, verhuur en service/onderhoud in huis hebben, kunnen we optimaal inspelen op ontwikkelingen. Wij zijn dan ook vaak degene die met innovaties komen. Zeker ook overigens op het gebied van elektrificatie, want ook die techniek biedt veel mogelijkheden. We investeren hier fors in qua innovaties en vloot.”
Jansens merkt dat steeds meer bedrijven de kant van elektrificatie op willen. “De vraag naar elektrisch aangedreven compressoren groeit jaarlijks. We helpen klanten hun meest energieverspillende processen te elektrificeren, waar mogelijk volledig en anders in combinatie met dieselgeneratoren. Daarbij kijken we steeds wat er exact nodig is om de optimale situatie te bereiken.”
Optimaal wil niet zeggen maximaal, legt Jansens vervolgens uit: “We krijgen vaak aanvragen voor machines boven spec, dus met meer capaciteit dan eigenlijk noodzakelijk. Wij kijken vervolgens verder en gebruiken big data om te beoordelen wat er werkelijk nodig is. Soms zijn twee kleinere units, eentje voor de gemiddelde belasting en eentje erbij voor af en toe piekbelasting, bijvoorbeeld een betere oplossing dan één grote unit. En soms kan een batterypack naast een dieselgenerator zorgen voor slimme, energiebesparende oplossingen. De pack laadt op tijdens stationair draaien van de dieselgenerator en levert stroom tijdens piekmomenten.”
Met inzet van big data zijn er volgens Jansens nog veel meer kansen te verzilveren. “Je kunt toewerken naar optimale belasting van je machines. Enerzijds kun je daarmee grote besparingen realiseren en anderzijds kun je de betrouwbaarheid van je machines vergroten. Om hiertoe te komen, is het belangrijk dat de gebruiker, opdrachtgever en wij als leverancier goed samenwerken, onze data en kennis delen en op elkaars advies vertrouwen. Als we dat doen, is er nog ontzettend veel mogelijk.”
Techniek verandert tegenwoordig zo snel en kan in een periode van slechts enkele jaren al zoveel meer efficiëntie, emissiereductie en besparing opleveren, dat langetermijnhuur steeds interessanter wordt. Je kunt bestaande machines dan altijd omwisselen voor machines met recente technologie en direct profiteren van de voordelen.