- Nieuws
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Magazine
-
Uitgelicht
-
Uitgelicht
- Recent
-
- Kiosk
- Columns
- Bedrijveninfo
- Adverteren
Selecteer Pagina
Van Aerzen zijn meer dan 10.000 rootsblowers en schroefcompressoren actief in Nederland. De leverancier is gespecialiseerd in het verplaatsen en comprimeren van gasvormige media. “De waterstofeconomie is een grote kans voor ons en de markt.”
Tekst: Mels Dees
“Wij zijn als Aerzen gespecialiseerd in het verplaatsen en comprimeren van gasvormige media. Dat doen we al sinds 1864, waarvan ook ruim 45 jaar in Nederland,” legt Remko Knol, ceo van Aerzen Nederland uit. Het bedrijf, gevestigd in de plaats Aerzen bij Hannover, kan naast lucht ook gassen, zoals stikstof, CO2, biogas, aardgas en waterstof comprimeren en verplaatsen met de speciaal voor dit doel ontwikkelde machines.
Michiel Bakker, sales engineer Aerzen Nederland, noemt daarbij nadrukkelijk ook waterstof. “We hebben al decennialang grote waterstofcompressoren bij grote chemische productielocaties staan, die in veel gevallen volcontinu draaien en om de zeven of acht jaar tijdens een turnaround een voor een worden uitgebouwd en gereviseerd door ons.” Die compressoren hebben de omvang van een middenklasse personenauto.
Bakker wil daarmee aangeven dat het gebruik en de behandeling van waterstof beslist niet nieuw is. Wel veranderde de markt de laatste jaren. Om dat gegeven te illustreren geeft Tim van Haren, salesmanager Aerzen Nederland een voorbeeld in de vorm van een vergelijking met aardgas. “Vandaag de dag is aardgas bijzonder hot, omdat het nu vrij plotseling in grote volumes als vloeibaar aardgas, LNG, naar Nederland komt.” Aan de import en de verwerking van LNG zijn aspecten verbonden die voor veel partijen minder bekend zijn. “LNG verdampt,” legt de salesmanager uit. “Dat noemen we boil-off gas (BOG). Dit gas moet gecomprimeerd worden voordat je het kunt toevoeren aan een verbrandingsmotor.” Juist voor dit comprimeren levert Aerzen de compressors. Met andere woorden: aardgas was voor de onderneming geen nieuw product, maar de huidige toepassingen vereisen bij de klant ander equipment, dat Aerzen ook levert. “Een ander voorbeeld is biogas,” vervolgt Bakker. “We bouwen al jarenlang aardgascompressoren die bij een druk van maximaal 16 bar CO2 van gas kunnen scheiden.” Dat gebeurde niet zo heel vaak, maar de technologie wordt nu wel ingezet bij het behandelen van biogas, zodat het toegevoegd kan worden aan het aardgasnetwerk.
“Concreet hebben we een compressor die we gebruiken voor lucht, waterstof, biogas en andere gassen geschikt gemaakt voor biogas.” Het bijzondere daarbij is dat Aerzen geen technologie toevoegde aan die compressor, maar het apparaat juist vereenvoudigde. “Op die manier konden we het apparaat betaalbaar maken voor de typische klanten in de biogasindustrie.”
Die uitspraak roept natuurlijk de vraag op wat zo’n klant dan typeert. Ceo Remko Knol: “Een typische gasklant is bijvoorbeeld een van de grote aardgasproductiebedrijven als NAM en Shell.” Die werken, legt hij uit, volgens zeer uitgebreide specificaties en redundantie. “Biogas ontstond meer in de markt voor afvalverwerking. Die hebben een heel andere mindset, en beschikken over andere budgetten.” Natuurlijk is het ook daar van belang dat er veilig gewerkt wordt, maar de machines die hier worden toegepast mogen wat minder uitgebreid zijn. “Zo’n afvalverwerker vergist mest die ingezameld is. Dit biogas moet opgewaardeerd worden tot aardgas en voldoen aan de wettelijke eisen.” Hiervoor ontwikkelde Aerzen een speciale compressor, die voldoet aan alle veiligheidseisen, maar zonder genoemde redundantie, of bijvoorbeeld drievoudig uitgevoerde metingen zoals in de gasindustrie gebruikelijk zijn.
Bij waterstof ziet Aerzen een vergelijkbare ontwikkeling. “Ook die markt wordt traditioneel gedomineerd door de grote industrie,” legt salesmanager Tim van Haren uit. “Maar daarnaast zie je een decentralisatie in de markt.” Concreet is het zo dat er lokale waterstofplants worden gebouwd, door nieuwe bedrijven. “Ze gebruiken natuurlijk ook elektrolyse maar van een andere omvang en orde dan het bekende equipment in de traditionele industrie.” Hierbij moet opgemerkt worden dat de productie van waterstof daar veel minder vaak een doel op zich was. Het gas was nodig in de productie, of kwam er juist bij vrij. Het was niet vaak een te verkopen eindproduct. Dat wordt met de energietransitie anders. Heftrucks en andere voertuigen rijden er immers op en naast de opmars van hybride en full elektrische auto’s zijn er ook autofabrikanten die waterstof als belangrijk(st)e energiedrager voor het toekomstige verkeer zien.
“Om de productie en de processing van waterstof betaalbaar te krijgen, investeren deze nieuwe ondernemingen in ‘fit-for-purpose apparatuur.” Dat is dan precies de trend waarop Aerzen met de nieuwe waterstofcompressor inspeelt. Er was al een geschikte compressor in het assortiment, stipt ceo Remco Knol aan, “en die kunnen we zo aanpassen dat je er elk gas mee kunt comprimeren. Dat maakt het een fantastisch apparaat, maar met te veel mogelijkheden voor een klant die nooit iets anders zal doen dan waterstof behandelen.”
Om die reden bracht de leveranciers een betaalbare water-geïnjecteerde schroefcompressor met compressorblok op de markt, perfect voor de behandeling van waterstof. “Het is een ander businessmodel waarop wij inspelen,” meldt de ceo.
De kracht van Aerzen daarbij is, dat het bedrijf zelf vanaf het gietstuk, via het draaien en frezen uiteindelijk het perfecte eindproduct bouwt. “Dat doen we allemaal in eigen huis, leunend op een ervaring van 150 jaar.”