- Nieuws
-
Featured
-
Featured
- Recent
-
- Magazine
-
Featured
-
Featured
- Recent
-
- Kiosk
- Columns
- Bedrijveninfo
- Adverteren
Select Page
Men weet nooit vooraf wanneer er een calamiteit zal plaatsvinden. Waar we wel controle over kunnen uitoefenen, is de manier waarop we ermee omgaan. Polygon ondersteunt bedrijven daarbij door na een calamiteit zo snel en efficiënt mogelijk aan de slag te gaan met technische reconditionering en reiniging van de getroffen locatie en systemen. Ook biedt Polygon bedrijven de mogelijkheid om vooraf in kaart te brengen waar de risico’s liggen en hoe men na een calamiteit het best te werk kan gaan, waardoor de nasleep zoveel mogelijk kan worden geminimaliseerd. Accountmanager Marieke Schenkel en projectmanager Dick Stoppelenburg nemen je mee in hun bijzondere vak.
Tekst: Emma Veldhuis
Marieke Schenkel werkte jarenlang in de verzekeringssector en kende Polygon in die hoedanigheid al goed. Drie jaar geleden maakte ze de overstap naar Polygon, waar ze als accountmanager verantwoordelijk is voor het Primo+ calamiteitenservice-abonnement. “Onze benadering is deels gericht op preventie”, vertelt Schenkel. “Door machines goed schoon en stofvrij te houden, reduceren we het risico op brand. Daarnaast vinden verzekeraars het belangrijk dat er een goed calamiteitenplan aanwezig is, waar wij bedrijven bij ondersteunen. Vaak merkt men na een eerste calamiteit pas wat voor nasleep zoiets kan hebben. Wij worden dan benaderd om ervoor te zorgen dat het nooit meer op die manier zal verlopen en dat er voortaan gestructureerd en efficiënt te werk wordt gegaan.”
De uitvoering van dit werk, dat is het domein van onder andere Schenkels collega Dick Stoppelenburg. Hij zit inmiddels ruim 34 jaar in het vak en zijn kennis en ervaring komen hem als projectmanager zeer goed van pas. “Een calamiteit, dat kan van alles zijn. Wij komen vaak in actie nadat er een brand of overstroming is geweest, maar ook herstelwerk nadat een belangrijk systeem is uitgevallen, zoals airconditioning of verwarming, komt regelmatig voor.”
Voor Stoppelenburg is de grote variatie in de werkzaamheden en werklocaties het interessantst aan zijn werk. Hij komt overal, dus ook in het havengebied. “Laatst hebben we nog de machinekamer van een boot gereinigd, waar onbedoeld een blusmiddel was afgegaan. En anderhalf jaar geleden zijn we met vijf mensen zes maanden bezig geweest op een schip, waar een grote brand was geweest. Verschillende etages waren compleet zwartgeblakerd, maar wij hebben het teruggebracht naar de oude staat.”
De snelheid waarop projecten worden afgehandeld is afhankelijk van de wensen van de klant. “Soms moeten we heel snel handelen, bijvoorbeeld omdat een distributiecentrum binnen een week weer operationeel moet zijn. Dan werken we dag en nacht in ploegen van elk honderd man.” Dat kan doordat Polygon behalve op de 250 medewerkers in Nederland ook kan terugvallen op de 4.000 collega’s van de Duitse vestigingen.
“Wanneer bij een van onze Primo+ klanten een calamiteit plaatsvindt, zijn wij binnen twee uur ter plaatse. We weten door het calamiteitenplan al welke materialen we het best mee kunnen nemen, hebben de plattegronden al gezien en weten waar de belangrijkste installaties zich bevinden. Wanneer er bij zo’n klant sprake is van waterschade weten we bijvoorbeeld meteen welke systemen we het eerst moeten inpakken en drogen om corrosie te voorkomen”, legt Schenkel uit.
“Ons Primo+ abonnement is vooral interessant voor de industrie en voor grote distributiecentra. Bij dit soort bedrijven is de impact van een bedrijfsstilstand enorm. Als onderdeel van het abonnement komen we op locatie langs om in kaart te brengen wat we bij een calamiteit het best kunnen doen en stemmen dit ook vooraf alvast af met verzekeraar. In Nederland hebben we op dit gebied een sterke reputatie opgebouwd en werken we samen met bijna alle verzekeraars. Daardoor kunnen we na een calamiteit vrijwel direct met de herstelwerkzaamheden beginnen en de schade zoveel mogelijk beperken.”
Om op de hoogte te blijven van de laatste technieken en werkwijzen beschikt Polygon over een eigen trainingscentrum. “In de basis is het werk na een calamiteit nog altijd hetzelfde: grondige reconditionering en reiniging. Wat wel verandert, zijn de technieken die we kunnen inzetten. Tegenwoordig kunnen we bijvoorbeeld onderdelen reinigen door ze te bestralen met droogijs, wanneer de standaardmethode minder geschikt is,” vertelt Stoppelenburg. “Ook op het gebied van preventie kunnen we steeds meer. Zo bieden we drone-inspecties aan op locaties waar we lastig mensen heen kunnen sturen en hebben we detectoren waarmee veranderingen in de condities van een ruimte zeer snel opgemerkt worden en we sneller actie kunnen ondernemen.”
Daarnaast neemt het belang van duurzaamheid steeds meer toe. Zaken die vroeger na een calamiteit werden vervangen, worden nu vaker gereconditioneerd. Polygon’s focus op preventie draagt daaraan bij. “Een calamiteit kan iedereen overkomen en kan door de kleinste dingen worden veroorzaakt. Hoe beter men vooraf is voorbereid, hoe kleiner de impact en nasleep zullen zijn. Wij denken daarom graag vanaf het begin al met u mee.”